De laatste weken zijn er weer veel nieuwe abonnees voor deze nieuwsbrief bijgekomen: welkom! Ook een flink aantal uit België, goed om te zien dat deze onderwerpen daar ook steeds meer op de agenda komen te staan.
Afgelopen week heb ik mij ondergedompeld in alles wat met coöperaties te maken heeft bij de ‘International Cooperative Alliance (ICA) European Research Conference‘. Weer veel interessante inzichten opgedaan. Ook heb ik veel inzichten opgedaan in een afspraak over mededingingswet en de platformeconomie. Ik ging het gesprek met meer vragen (en energie) dan dat ik er in ging, dus dat is altijd goed 😉
Deze week weer 5 stukken verzameld en voorzien van mijn duiding en commentaar. Mooie week!
Six-year boom pushes New York to mull Uber regulation | Daily Mail Online
“After years of untamed growth, app-based for-hire services have brought New York’s iconic yellow cabs to their knees and the city is mulling regulatory action for Uber.”
Het ziet er naar uit dat de enorme groei van ‘ride sharing’ taxi’s in New York zijn beste tijd heeft gehad. Waar er 13.500 taxi’s met vergunning rijden, zijn er intussen zo’n 80.000 ride share taxi’s (geen idee waar dat woord share voor staat) op de straat. Ik schreef hier (toen de teller nog op 63.000 stond) ook al over.
De klanten van deze services zijn blij: eindelijk fatsoenlijke en transparante service en een goede (lees: lage) prijs. Maar de wereld bestaat uit meer stakeholders dan alleen de klant. Want wat doet zo’n overvloed met een stad? Ik kan mij niet voorstellen dat dat positief is. En ook, zoals je in dit stuk kunt lezen, drukt het ook de inkomens van de chauffeurs.
Maar dan is de vraag: who to blame? Het is makkelijk om de vinger naar de app bedrijven te richten: o.a. Uber en Lyft. Natuurlijk zijn zij geen heilige boontjes, net als veel andere commerciële bedrijven (de markt doet haar werk), maar er is meer aan de hand. Want hoe heeft het kunnen gebeuren dat:
- een markt zo beschermd werd dat deze geen enkele incentive had om te innoveren en de klant voorop te stellen? Bij het uitgeven van een vergunning (zeker wanneer deze zo schaars zijn dat je er een miljoen voor moet betalen), moet het toch mogelijk zijn om hier ook bepaalde kwaliteitsdoelstellingen aan vast te hangen? Haal je de doelstelling niet? Dan raak je je vergunning kwijt;
- er wel een strenge ‘cap’ zat op het aantal vergunningen, maar het aantal TNC’s (Transportation Network Companies: taxi bedrijven waar je alleen een taxi via een app kunt bestellen) ongelimiteerd was?
- de lokale overheid dit zo ver heeft laten komen?
Daarnaast moet een stad als New York ook natuurlijk eens goed nadenken waarom het OV systeem zo brak is dat veel mensen liever in de dikke file in een Uber staan. En toch ook eens naar de Nederlanders moeten kijken om de (deel)fiets te introduceren. Er ligt immers asfalt genoeg 😉
De valse magie van algoritmes – NRC
Het valt mij nog steeds op dat, ook binnen de academische wereld, er nog bijzonder naïef wordt gesproken en gedacht over hoe neutraal technologie is. Zo bezocht ik twee weken geleden in Mannheim een aantal presentaties over onderzoeken naar online reputatie. Waar de aanname werd gemaakt dat reputatie/rating systemen eerlijke lineaire systemen zijn waar 1+1 altijd 2 is. Toen ik vroeg hoe ze zo zeker wisten dat dit zo was keken een aantal ogen mij vragend aan. Ik zeg niet dat de systemen niet eerlijk zijn ingesteld, maar als iemand die een keer door Uber werd geblokt na een kritische blog weet dat je daar niet blind vanuit moet gaan. Zeker niet als onderzoeker.
Wiskundige Cathy O’Neil is intussen een bekende naam in de Nederlandse media. In het NRC verscheen afgelopen week weer een lezenswaardig interview waar een aantal basis vragen rondom algoritmes worden behandeld. Het belangrijkste fragment betreft de vraag ‘wat kunnen we doen tegen de problemen die ontstaan door algoritmes?’. Haar antwoord:
„Om te beginnen moeten we proberen mensen op een gezonde en verstandige manier sceptisch te maken. Zodat mensen kritisch naar algoritmes kijken, vragen stellen en van bedrijven en overheden eisen dat ze kunnen aantonen dat de algoritmes die ze gebruiken eerlijk zijn.
„Maar niet iedereen heeft de opleiding, tijd en energie om die vragen te stellen. Daarom zouden er ook wetten moeten komen om de mensen te beschermen, door makers en gebruikers van algoritmes te verplichten om te controleren of hun systemen eerlijk zijn. Dit soort wetten zijn er nu nog niet.
Dus: bewustwording creëren en niet meer naïef zijn. En via regelgeving mensen beschermen, door bijvoorbeeld door een vertrouwde derde partij, noem het een accountant, algoritmes te laten controleren. Misschien moet er dan ook maar een bijsluiter aan worden bijgevoegd.
Survival of the Richest – Future Human – Medium
Douglas Rushkoff. Omschrijft zichzelf als “a writer, documentarian, and lecturer whose work focuses on human autonomy in a digital age” Schreef o.a. het boek “Throwing Rocks at the Google Bus: How Growth Became the Enemy of Prosperity” en was in 2014 te gast bij Tegenlicht.
Ik volg hem intussen al een tijdje, heb nog steeds te weinig van zijn werk gelezen en heb hem twee keer mee mogen maken op congressen in New York. De eerste keer was 2 dagen nadat Trump tot president van de VS was verkozen. Een inspirerende presentatie over de rol van de mens in de technologische revolutie stond op de planning. Uiteindelijk werd het een soort openbare rouwverwerking van de ramp die zich in de ogen van de bezoekers, veelal flink linkse activisten, had voltrokken. Een bijzonder intense gebeurtenis om, nog suf van mijn jetlag, mee te mogen maken.
In dit stuk omschrijft hij een bizarre ontmoeting waar hij door een aantal van de allerrijksten op aarde werd gevraagd hoe zij hun macht konden behouden op het moment dat er een totale chaos op aarde is uitgebroken. Zijn reactie: “I suggested that their best bet would be to treat those people really well, right now. They should be engaging with their security staffs as if they were members of their own family. And the more they can expand this ethos of inclusivity to the rest of their business practices, supply chain management, sustainability efforts, and wealth distribution, the less chance there will be of an “event” in the first place.”
Hij sluit af met de woorden: “We don’t have to use technology in such antisocial, atomizing ways. We can become the individual consumers and profiles that our devices and platforms want us to be, or we can remember that the truly evolved human doesn’t go it alone. Being human is not about individual survival or escape. It’s a team sport. Whatever future humans have, it will be together.”
Waarom dit bericht in een nieuwsbrief over platformen en digitale transitie? Daar ben ik zelf nog niet over uit. Maar misschien zet het jou aan het denken. En dan hoor ik weer graag wat daar uit komt 😉
Cooperative Commons Manifesto
Zeven jaar geleden startte ik mijn onderzoek in de platform economie met één vraag: “wat moet er gebeuren om voor de platformeconomie een duurzaam model te maken waardoor deze haar maximale capaciteit kan bereiken op een manier waarop alle stakeholders juist worden behandeld”.
Veel mensen lezen dit als een idealistische vraag. De wereld beter maken. Deels is dat zo. Maar grotendeels is het ook zo dat ik er van ben overtuigd dat op het moment dat het plaatje klopt, ook de maximale impact kan worden gerealiseerd.
In mijn onderzoek naar platform coöperaties stuitte ik op dit intussen offline gehaalde, maar door de Internet Archive weer boven water gebrachte, manifesto voor ‘cooperative commons’. Onderstaande passage beschrijft precies de gedachte achter mijn oorspronkelijke vraag:
“But it’s not only a question of fairness. It’s also a question of efficiency. A more widespread redistribution of profits makes the system more stable and sustainable. Moreover, redistributing also means allocating more resources to the middle social levels who have more purchasing power. In this way, the aggregate demand is maintained and, thus, the economic system as a whole. The present crisis is a clear indication of how the radical inequalities – those of the star system – don’t work.”
En heb ik nu zeven jaar later hét antwoord op mijn vraag gevonden? Nog niet, maar de puzzel begint wel ergens op te lijken 😉
Naast Facebook een Publicbook? –
Er komen de laatste tijd steeds meer oproepen voorbij om vanuit de overheid een alternatief voor Facebook te lanceren. Zo ook in dit stuk. Er wordt gezegd dat ‘Facebook een relatief eenvoudig product’ is en de ontwikkeling ‘misschien handig kan worden uitbesteed aan een technische universiteit’. Een paar gedachten:
- Technologie, en zeker die van platforms, is nooit uniek. Het neerzetten van een platform, in dit geval een kopie van Facebook, is een kwestie van skills en/of geld. Het ‘probleem’ is alleen dan ook niet het bouwen van waanzinnige technologie, maar het succesvol uitrollen van een succesvol platform middels strategie, marketing, timing, wat lobbywerk en meer;
- Het probleem dat ’the next Facebook’ heeft is dat toen Facebook begon het een aantal heel duidelijke ‘problemen’ oploste. Met mensen connecten, verbonden blijven, delen, communiceren en dat in een internationale setting tegen nul euro (directe) gebruikskosten. Facebook heeft dat opgelost. Dus de vraag is: wat voor extra waarde voegt een ‘next Facebook’ op dat mensen de comfortabele Facebook omgeving verlaten? Dan moet je echt wat te bieden hebben om de massa te bereiken en te overtuigen;
- Technisch is het dus allemaal wel mogelijk, zeker dankzij GDPR waarmee je alle data in één keer uit je account kunt trekken (en bij een andere dienst zou kunnen uploaden);
- Als je zoiets doet, dan moet het direct internationaal. Leuk zo’n platform voor één land (en dansende Hyves bananen), maar met 1 land ga je het niet redden;
- Misschien moeten we eens naar China kijken voor wat lessons learned 😉 En ja: daar gaat het wel erg ver, maar wie weet wat we daar kunnen leren.
Tweet van de week
Contact
Inspiratie opgedaan en advies of onderzoek nodig bij vraagstukken rondom de platformeconomie?
Neem gerust contact op via een reply op deze nieuwsbrief, via mail ([email protected]) of telefoon (06-50244596).