Goedemorgen! Vorige week moest je deze nieuwsbrief een weekje ‘missen’: ik was wat druk met andere dingen. Met de wereldreis in aantocht (3 april vertrek ik) moeten er nog veel dingen worden geregeld.
Een van de zaken waar ik druk mee was, was een bezoek aan Munchen. Hier interviewde ik voor de podcast die ik voor de WageIndicator Foundation over ‘global gig economy developments’ maak de oprichter van de Crowdsourcing Code. Dit is een code of conduct tussen 8 ‘crowdwork’ platforms. Het was een tof gesprek en over een paar weken komt de podcast + een uitgebreide blog online. Dit is dan ook de start van een podcast serie die ik ga maken. Over een week pak ik alweer de trein naar Leeds en Oxford voor interviews en ook tijdens mijn reis zal ik in Mozambique en Indonesië interviews afnemen.
In deze editie geen artikelen, maar een overweging over het debat over de arbeidsmarkt die ik met je wil delen. Volgende week weer de gebruikelijke besprekingen van artikelen uit de media. Fijne dag en week!
Overweging mbt het debat over de arbeidsmarkt
De afgelopen weken bezocht ik meerdere events over platformen en arbeidsmarkt. Zo woonde ik in Pakhuis De Zwijger de lancering van de Nederlandse vertaling van het boek ‘Democratiseer ons werk!’ bij en droeg ik een dag later bij aan het symposium ‘Platformwerk in goede banen’ in de Winkel van Sinkel in Utrecht.
Democratiseer ons werk
Het eerste event bezocht ik vanuit een bredere interesse over de inrichting van de arbeidsmarkt en de manier waarop de stem en het belang van de werkende hier beter in kan worden vertegenwoordigd. Het inleidende betoog van Isabelle Ferreras, een van de auteurs van het boek, was heel interessant en bracht veel nieuwe inzichten.
Daarna was er een panel. Wat mij hier opviel is dat nagenoeg het enige antwoord op het democratiseren van werk was: vakbonden. Misschien was ik hier wat naïef vooraf door iets anders te verwachten van een avond die door een vakbond was gefinancierd, maar toch had ik gehoopt de nuance in het debat aan te treffen. Daarnaast was er een grote rol voor platformen in de panel’discussie’ weggelegd, en dan vooral geframed vanuit Uber als extractief en verderfelijk voorbeeld en standaard voor een hele sector. Gelukkig was er nog iets ruimte voor alternatieve eigenaarschapsmodellen in de vorm van platform coöperaties, maar wat bij mij vooral bleef hangen is hoe selectief en zwak onderbouwd het debat wordt neergezet en hoe weinig zelfreflectie er is over de eigen rol en verantwoordelijkheid. Er was enige erkenning van de tekortkoming in de eigen rol en de zoektocht naar hoe dan wel, maar dat was slechts een kanttekening bij een gepolariseerd betoog. Zonde, onnodig en ook iets dat de kwaliteit en inhoud van het gepresenteerde boek ernstig tekortdeed.
Want dat boek, waar ik intussen een flink stuk in heb gelezen, is de moeite van het lezen absoluut waard. Zo waard dat ik in het najaar een van de auteurs zal interviewen voor de podcast serie van de WageIndicator Foundation waar ik momenteel aan werk.
Platformwerk in goede banen
Een dag later bezocht ik, en droeg bij aan, het event ‘Platformwerk in goede banen’: een event dat ter gelegenheid van de uitgave ‘Platformwerk: een blik op de toekomst’ van het Tijdschrift voor Arbeidsvraagstukken. De vraag die hier centraal stond was hoe platformen kunnen bijdragen aan een meer inclusieve arbeidsmarkt. Ik mocht, samen met Eva Mos (UvA) en Jessica de Ruijter (LaNSCO) tweemaal een sessie leiden over inclusief platformwerk.
Beiden sessies met mooie discussies, waarin ik o.a. pleitte om de definitie van platformwerk uit elkaar te trekken: platform en werk. Waarbij ik het platform omschreef als ‘een infrastructuur dat binnen de kaders van het platform vraag en aanbod van arbeid en diensten faciliteert om zelf een transactie tot stand te brengen’. De reden dat ik deze twee los van elkaar trok, is omdat ik het woord ‘werk’ breder wilden neerzetten en niet alleen betaald werk, maar ook onbetaald werk en de informele markt mee wilden nemen in het debat. Eva Mos deed o.a. onderzoek naar platformen en vrijwilligerswerk: een ‘markt’ die in geen enkele definitie past, tenzij je het woord werk breder trekt.
Ook pleitte ik voor een verschuiving van een ‘platform first’ aanvliegroute (het platform als autonoom opererende silo als Uber, Airbnb, Upwork, etc.) naar een ‘human first, platform second’ aanvliegroute. Op dit moment heeft het ‘platform first’ principe in het debat de overhand. Dat is niet gek in een samenleving waar we vanuit de gedachte van het proces van de industriële revolutie processen en organisaties hebben georganiseerd. Met als resultaat dat je het platform (de fabriek) de schuld geeft van alles dat misgaat, het als een geïsoleerd probleem ziet en niet kijkt naar de eigen rol en verantwoordelijkheid. Wanneer je het aanvliegt als ‘human first, platform second’, dan zie je een platform als een faciliterend instrument waar je als samenleving aan de knoppen kunt zitten van wat wel en niet wenselijk is. Een platform als faciliterend instrument dat ondersteuning en kansen biedt in het ontsluiten van nieuwe mogelijkheden. Het platform van LaNSCO, dat sociale coöperaties ondersteund met verkoop van spullen en diensten naar klanten, is hier een mooi voorbeeld van.
Resumé
Aan het eind van de tweede sessie in Utrecht werd mij gevraagd ‘hoe we de uitdagingen op de arbeidsmarkt kunnen oplossen’. Hier is niet één antwoord op te bedenken natuurlijk en wie ben ik om dé wijsheid in pacht te hebben. Na een tijdje aarzelen was er maar één antwoord en woord dat ik kon bedenken: ‘samen’. Samen verantwoordelijkheid pakken, interesse tonen in elkaars uitgangspunten (natuurlijk mogen partijen het hartelijk met elkaar oneens zijn) en de complexiteit van het vraagstuk en de oplossingen (h)erkennen. En als laatst: onzekerheid omarmen. Laat los dat je doet alsof je alles (beter) weet: dat is onzin. Dat weet iedereen. Probeer eens te beginnen met ‘ik weet het ook niet’. En vertrek vervolgens vanuit gelijke waarden. Volgens mij wordt het debat dan een stuk leuker, beter en constructiever. Want wie zegt dat ie het weet, die is af.
Een debat over thuisschoonmaak en dienstverlening aan huis
Als je deze nieuwsbrief al langer volgt, dan is het je vast opgevallen dat ik wel een mening heb over de manier waarop dienstverleners aan huis als schoonmakers in Nederland compleet wordt genegeerd / doodgezwegen. Zo publiceerde ik de laatste maanden de stukken ‘voor eerlijk huishoudelijk (platform)werk is het erkennen van de context essentieel’ en ‘hoe het faillissement van Helpling de weeffouten in het debat blootlegt’. De stukken die ik hier over schrijf sluit ik altijd af met een oproep voor een goed debat. Tot op heden is hier, voor zover ik het heb opgemerkt, nog niets van terechtgekomen. Hier kun je een hoop van vinden, maar je kunt ook besluiten om hier iets aan te doen.
Dit is dan ook de reden dat ik heb besloten om na mijn wereldreis in oktober of november dit jaar een bijeenkomst te organiseren op dit wél te bespreken. Welkom zijn stakeholders in het debat die wel de context willen erkennen en erkennen dat hoe het nu is ingericht niets tot weinig voor de werkende oplevert. Tijdens mijn wereldreis ga ik nadenken hoe dit vorm te geven. Mocht je denken: hier moet ik bij zijn! Of: hier moet iemand die ik ken bij zijn! Laat het dan weten met een reply op deze mail. Met deze vroege ‘teaser’ hoop ik bij velen een zaadje in het hoofd te planten om later dit jaar mee verder te kunnen gaan.
Contact
Inspiratie opgedaan en advies of onderzoek nodig bij vraagstukken rondom de platformeconomie? Of op zoek naar een spreker over de platformeconomie voor een online of offline event? Neem gerust contact op via een reply op deze nieuwsbrief, via mail ([email protected]) of telefoon (06-50244596).
Bezoek ook mijn YouTube kanaal met ruim 300 interviews over de platformeconomie en mijn persoonlijke website waar ik regelmatig blogs deel over de platformeconomie. En lees mijn boek ‘Platformrevolutie – Van Amazon tot Zalando, de impact van platformen op hoe wij werken en leven’. Interesse in mijn foto’s? Check dan mijn foto pagina.